Ga naar de inhoud
Direct naar
  • Drents
  • Contact
  • Deutsch
  • English
  • Beleef het Nationaal Park

    • Drentsche Aa bezoekerscentrum
    • 'Op Stap' informatiekrant
    • Evenementenagenda
    • Eten, drinken, slapen en meer...
    • Wandelen, fietsen en paardrijden
    • Wolven in NP Drentsche Aa
    • Drones in NP Drentsche Aa
    • Varen op de Drentsche Aa
    • Honden in het Nationaal Park
    • Streekproducten
  • Het Drentsche Aa verhaal

    • Het esdorp
    • Water, bron van leven
    • Natuur en landschap
    • De mens in het landschap
    • Landbouw
    • Bodem en ondergrond
  • Kaart
  • Steun het Park
  • Zoeken
  • Drents
  • Contact
  • Deutsch
  • English
Zoeken
  1. Home ›
  2. Het Drentsche Aa verhaal ›
  3. De mens in het landschap ›
  4. Karrensporen

Karrensporen


Tot de achttiende eeuw was Drenthe omringd door grote moerassen. In het zuiden waren er maar twee doorgangen. De belangrijkste was bij Coevorden, dat daardoor een belangrijke vesting werd. Tegenwoordig rijden we in twee uur van Groningen naar Utrecht. Vroeger was dit een meerdaagse reis met karren en koetsen over slechte zandwegen.

De snelste route van Groningen naar het zuiden ging toen via Zuidlaren, Schipborg, Gasteren, Rolde, Schoonlo en Zweeloo naar Coevorden. Als je vroeg vertrok uit Groningen, kon je lunchen in Schipborg en hoopte je 's winters de eerste nacht in Rolde door te brengen.

Tussen Gasteren en Rolde is de oude route nog te herkennen. Vooral op luchtfoto's zie je op het Ballooërveld een golfplatenreliëf van vele parallelle ruggen en dalen. In de zeventiende eeuw waren kerktorens de wegwijzers. Reizigers richtten zich op de toren van Rolde en volgden het karrenspoor. Ten noorden van het Ballooërveld zijn restanten van een keienpad gevonden in het Gastersche Diep. Dit was een doorwaadbare plaats, een voorde. Via deze oversteek kon men de Drentsche Aa passeren en het Ballooërveld oversteken naar Rolde. Op dit hoge heideveld volgde men elkaars sporen totdat de wagens vastzaten en een nieuw spoor moest worden gekozen. Zo ontstond een breed systeem van karrensporen.

De wielafdrukken van de karrensporen zijn nog in het veld te zien. De afstand tussen de afdrukken is 1,28 meter, de Hollandse spoorbreedte. Tussen de afdrukken is de inspoelingslaag van een podzolbodem zichtbaar. De zandbodem verstuifde vaak, waardoor sporen weer werden opgevuld en opnieuw gebruikt.


Klik voor een vergroting (afbeelding: _andre_brasse-7503.jpg)
Klik voor een vergroting (afbeelding: _andre_brasse-3707.jpg)
Delen
  • Delen op Facebook
  • Delen op LinkedIn
  • Delen op X

Nationale Parken

Nederland heeft eenentwintig Nationale Parken. In de parken zijn alle bijzonderheden van de Nederlandse natuur terug te vinden: duinen, bossen, heide, laagveen, getijdennatuur, beekdalen, vennen en nog veel meer. Gezamenlijk beslaan de parken zo'n 120.000 hectare, dat is bijna 3% van Nederland.

Elk park is uniek. Nergens vind je een beek zoals in het Nationaal Park Drentsche Aa. Het best bewaarde beek- en esdorpenlandschap van West-Europa.

Contact

Secretariaat Provinciehuis Drenthe
Postbus 122, 9400 AC ASSEN
0592 365 555
Contactformulier

Communicatie en Educatie: IVN Drenthe
Postbus 125, 9400 AC Assen
Contactformulier

Volg ons op

  • Instagram
  • YouTube
  • Facebook
  • Cookies op deze site
  • Privacyverklaring
  • Proclaimer
  • Documenten
  • Organisatie
  • Projecten
  • Nieuwsbrief + aanmelden