Drentsche Aa natuur

Brongebieden: het begin van de beek

Een belangrijk deel van het Drentsche Aa-gebied zijn de brongebieden. Dit zijn lage plekken waar regen- en grondwater samenkomen. Deze waterbronnen heten stroeten. In dit gebied zijn er meerdere brongebieden, zoals de Holmers Halkenbroek, Geelbroek, Witterveld en het Eexterveld.

De brongebieden hebben een bijzondere natuur. Er groeien speciale planten en grassen en er leven bijzondere dieren, zoals kikkers en libellen. Omdat het water langzaam stroomt, ontstaan er kleine plassen en meertjes. Dit trekt veel vogels aan. Het is daarom belangrijk om deze kwetsbare gebieden goed te beschermen.

Verschillende soorten natuur

Het Drentsche Aa-gebied heeft veel verschillende landschappen. In de droge delen vind je zandverstuivingen en heidevelden. Op plekken zoals de Zeegserduinen en het Ballooërveld groeit droge heide met struikhei, buntgras en korstmossen. Hier leven bijzondere vogels zoals de nachtzwaluw en de boomleeuwerik.

Er zijn ook oude eikenbossen, zoals de Schipborgerstrubben en het Gasterse Holt. Deze bossen zijn belangrijk voor veel planten en dieren. De bodem is rijk aan mossen, paddenstoelen en kruiden.

In de nattere delen vind je natte heide, vennen en hoogveen. Vennen worden in Drenthe veenties genoemd. Hier groeien speciale planten zoals slangenwortel en veenmossen. Ook zijn er moerasbossen, bijvoorbeeld in het Linthorts-Homansbos en de Gasterse Duinen.

Het water van de Drentsche Aa is belangrijk voor vissen zoals de kleine modderkruiper en de rivierprik. In de moerasgebieden naast de beek leeft de grote modderkruiper. Om de vissen meer ruimte te geven, worden er maatregelen genomen, zoals het verwijderen van obstakels in de beek.

Een waardevol natuurgebied

Het Drentsche Aa-gebied is een bijzonder stukje natuur in Nederland. Door de grote afwisseling in landschappen en de vele planten en dieren is het een waardevol gebied. Het is belangrijk dat we dit gebied blijven beschermen, zodat de natuur hier kan blijven groeien en bloeien.